Vrouw door politiekogel gedood: 'Zeer zeldzaam'

Activity: Other

Description

Een 24-jarige vrouw is in de nacht van zondag op maandag overleden aan de Helperzoom in Groningen. Een agent schoot haar neer. De laatste keer dat een vrouw door een politiewapen werd gedood, was in 1981 in Amsterdam.

Wanneer iemand door een politiewapen wordt verwond of gedood, doet de rijksrecherche onderzoek naar het schietincident. In slechts enkele gevallen leidt het tot een veroordeling.

Het gebeurt volgens politiewetenschapper Jaap Timmer aan de Vrije Universiteit Amsterdam niet vaak dat een vrouw wordt gedood door een politiewapen. De laatste keer dat zoiets plaatsvond was in 1981 in Amsterdam. Een jonge agent schoot de 33-jarige Meta Hofman in haar huis neer nadat ze hem had bedreigd met een aardappelschilmesje.

De zaak Hofman is een klassieker in politieland en het strafrecht. De agent werd in hoger beroep vrijgesproken. De Hoge Raad was wel van mening dat dit de laatste keer was dat agenten die zich beriepen op gebrek aan vaardigheid of kennis, ermee wegkwamen. Timmer: „Sindsdien wordt van agenten verwacht dat ze geoefend zijn in het gebruik van hun dienstwapen. Dat wordt twee keer per jaar getoetst.”

’Daarvan is de helft raak’

Vergeleken met een land als Amerika hoeven agenten in Nederland niet vaak hun dienstwapen te gebruiken. Dat gebeurt slechts een paar honderd keer per jaar. De helft daarvan zijn waarschuwingsschoten. Verder vuren agenten ongeveer vijftig keer gericht op een voertuig en even zo vaak op een persoon. „Daarvan is de helft raak.”

In de afgelopen 46 jaar vielen er door politiekogels gemiddeld 3 doden en 17 gewonden per jaar. In alle gevallen leidt zo’n incident tot een onderzoek door de rijksrecherche, „ook al raakt iemand slechts gewond aan zijn grote teen.”

De rijksrecherche is een onafhankelijke opsporingsinstantie, die deel uitmaakt van het Openbaar Ministerie (OM) en losstaat van de politie. In dit geval krijgt de rijksrecherche ondersteuning van de Politie Oost-Nederland. „Het gaat om waarheidsvinding. Er wordt helemaal uitgeplozen wat waar precies is gebeurd.”

’In twee derde van de gevallen volgt er vrijspraak’

Er volgt onder meer een uitgebreid technisch onderzoek. Verder worden de schutter, de andere betrokken agenten en mogelijke getuigen gehoord. Vanuit de politieorganisatie krijgt de schutter rechtsbijstand. Bij het Nederlands Forensisch Instituut wordt de exacte doodsoorzaak van het slachtoffer vastgesteld en vindt er een toxicologisch onderzoek plaats om bijvoorbeeld vast te stellen of ze onder invloed was. Timmer: „Het is een zeer grondig onderzoek, dat minstens een half jaar duurt.”

Tot berechtiging leidt het meestal niet. „Meestal stelt het OM vast dat het gebruik van het dienstwapen rechtmatig was en dat de betrokken politieambtenaar geen strafrechtelijke verwijten te maken valt. In ongeveer 10 procent van de gevallen oordeelt het OM dat het dienstwapengebruik onrechtmatig was. Slechts een paar keer per jaar wordt er vervolging ingesteld. Dan komt het bij de strafrechter. In twee derde van de gevallen volgt er vrijspraak.”

’Als er iemand is gedood, heeft dat een enorme impact op agent’

Als het al tot een veroordeling komt, dan blijven de straffen meestal beperkt tot een boete, een taakstraf of een voorwaardelijke celstraf. „De keren dat een politieagent voor zo’n incident een onvoorwaardelijke celstraf is opgelegd, kun je de afgelopen 10 jaar op de vingers van één hand tellen.”

Wat niet wegneemt dat de gevolgen voor een agent die heeft geschoten, ook al wordt hij of zij niet veroordeeld, groot kunnen zijn. „Als er iemand is gedood, heeft dat een enorme impact op een politieagent en zijn team. Niet alleen emotioneel. Iedereen weet ook dat hij in een molen van onderzoek terechtkomt, waar ook nog de dreiging van vervolging bijkomt. Dat kan heel belastend zijn.”
Period28 May 2024
Degree of RecognitionNational