Voorburg-Arentsburg. Een Romeinse havenstad tussen Rijn en Maas,Themata 7,

Op de plaats in Voorburg waar nu de appartementencomplexen ‘Nieuw Hadriani’ staan, voerden archeologen van het Amsterdams Archeologisch Centrum (AAC) van de Universiteit van Amsterdam van september 2007 tot juni 2008 een opgraving uit. De geplande woningbouw op de locatie van het sinds 1998 wettelijk beschermde monument van de voormalige Romeinsprovinciale stad Forum Hadriani was de aanleiding tot het onderzoek. Dit onderzoek beslaat de opgraving (alsook de begeleiding van de sloop van de bestaande gebouwen en een booronderzoek) van de locaties van het voormalige Meisjespaviljoen (ofwel Villa II (AM), locatie C (RAAP), werkput 3 (AAC)), de Nieuwe School/LTS (Villa IV, locatie H, werkput 2) en de Aula/Lapel (Villa III, locatie D, werkput 1) op het Effatha-terrein in Voorburg. Het plangebied wordt in het zuiden begrensd door de Vliet, in het westen en noorden door de parken Arentsburg en Hoekenburg en in het noordoosten door een volkstuinencomplex. Het onderzoeksgebied ligt op de zuidoostflank van de strandwal Wateringen-Rijswijk-Voorburg-Voorschoten, een van de oudste strandwallen van het Nederlandse kustgebied die vanaf het Midden-Neolithicum bewoonbaar is geweest. De oorspronkelijke ondergrond van de locatie bestaat uit strandwalzand, plaatselijk afgedekt met een veenpakket. Op het veen bevinden zich mariene geul- en kreekafzettingen die voor de Romeinse tijd zijn ontstaan. Deze zijn weer afgedekt met een pakket (duin-)zand. De opgravingslocaties liggen in het zuidelijke deel van het beschermde monument van de voormalige Romeinse stad bij Voorburg-Arentsburg. Op basis van divers archeologisch en historisch onderzoek is een beeld ontstaan van de aard, de ontwikkeling, de indeling en de functie van de stad als de civitas hoofdstad van de Cananefaten. De werkputten liggen in het deel insulae IX, XIV en mogelijk XIII6 met sporen van ambachtelijke en commerciele activiteiten, woonhuizen en mogelijk ook wegen kunnen worden verwacht.