Abstract
In het artikel wordt betoogd dat casuïstische rechtspraak een geëigende manier kan zijn om evenwicht te bereiken tussen het belang van rechtszekerheid en het belang van geïndividualiseerde (bewijs)motiveringen. De met enige regelmaat geuite onvrede over het gebrek aan scherpe(re) regels in de jurisprudentie van de Hoge Raad is daarom voor een belangrijk deel misplaatst. Van de Hoge Raad moet niet zozeer worden verwacht dat hij invulling geeft aan zijn rechtsvormende taak door nieuwe, scherpe regels op te stellen. Het gaat er vooral om dat hij zoveel mogelijk duidelijkheid verschaft over de (ir)relevantie van de specifieke omstandigheden die feitenrechters aandragen ter onderbouwing van hun oordelen.
Original language | Dutch |
---|---|
Article number | 27 |
Pages (from-to) | 365-387 |
Number of pages | 22 |
Journal | Delikt en Delinkwent |
Volume | 2011 |
Issue number | 4 |
Publication status | Published - 2011 |