Abstract
Snel na het uitbreken van de coronacrisis in Europa en Nederland kondigden de bevoegde autoriteiten voor het toezicht op banken een tijdelijke versoepeling af van de prudentiële kapitaalseisen. Dit dient om te bevorderen dat banken hun rol kunnen spelen als financier van de reële economie. De Europese Centrale Bank (ECB) heeft daarbij met name gefocust op de versoepeling in de regels van aanvullende kapitaalbuffers in het kader van Pillar 2. In ons land heeft DNB gekozen voor het terugbrengen van eisen in Pillar 1, onder andere door de systeemrisicobuffer van de grootste Nederlandse banken tijdelijk te verlagen. Voorts is invoering van een nieuwe kapitaaleis in verband met het aanhouden van portefeuilles woninghypotheken, die in het najaar van 2019 was aangekondigd, voor die banken op de lange baan geschoven. De in de afgelopen jaren (na de kredietcrisis van 2008-2009) opgebouwde buffers worden nu ingezet om de capaciteit van banken om kredieten te kunnen verstrekken te vergroten. Een lange termijn aanpak is noodzakelijk om banken de gelegenheid te bieden om het bedrijfsleven te ondersteunen door kredietverstrekking, om (bijzonder) beheer van deze kredietportefeuille te kunnen voeren en te komen tot een geleidelijk herstel van de buffers.
Original language | Dutch |
---|---|
Article number | 2020/67 |
Pages (from-to) | 361-365 |
Number of pages | 5 |
Journal | Ondernemingsrecht |
Volume | 2020 |
Issue number | 7 |
Early online date | 1 Apr 2020 |
Publication status | Published - Jun 2020 |