TY - JOUR
T1 - Hyposialie als gevolg van radiotherapie en chemotherapie: preventie en behandeling
AU - Vissink, A.
AU - Spijkervet, F.K.L.
AU - Burlage, F.R.
AU - Veerman, E.C.I.
AU - van Nieuw Amerongen, A.
PY - 2008
Y1 - 2008
N2 - De behandeling van tumoren in het hoofd-halsgebied met radiotherapie en de behandeling van tumoren met chemotherapie leidt vaak tot schade aan onder andere de speekselklieren, met als gevolg hyposialie. De neveneffecten van radiotherapie op de speekselklieren zijn vaak blijvend, terwijl de neveneffecten van chemotherapie vaak grotendeels reversibel zijn. Tot op heden bestaat nog geen effectieve, klinisch algemeen toepasbare methode om de door bestraling of chemotherapie veroorzaakte schade aan weefsels te voorkomen. Uit experimentele klinische studies is naar voren gekomen dat toepassing van sialogoga en zogenoemde ‘radical scavengers’ de stralingsschade aan de orale mucosa en/of de speekselklieren mogelijk kunnen verminderen. Daarnaast is in dierstudies aangetoond dat ook gentherapie, stamceltransplantatie en stamcelmobilisatie zouden kunnen resulteren in (gedeeltelijk) herstel van beschadigd speekselklierweefsel. Totdat is aangetoond dat dergelijke therapieën klinisch effectief en algemeen toepasbaar zijn, is men echter nog aangewezen op symptomatische therapie in de vorm van onder andere stimulatie van de nog resterende speekselklierfunctie en/of de toepassing van mondspoelingen en speekselsubstituten.
AB - De behandeling van tumoren in het hoofd-halsgebied met radiotherapie en de behandeling van tumoren met chemotherapie leidt vaak tot schade aan onder andere de speekselklieren, met als gevolg hyposialie. De neveneffecten van radiotherapie op de speekselklieren zijn vaak blijvend, terwijl de neveneffecten van chemotherapie vaak grotendeels reversibel zijn. Tot op heden bestaat nog geen effectieve, klinisch algemeen toepasbare methode om de door bestraling of chemotherapie veroorzaakte schade aan weefsels te voorkomen. Uit experimentele klinische studies is naar voren gekomen dat toepassing van sialogoga en zogenoemde ‘radical scavengers’ de stralingsschade aan de orale mucosa en/of de speekselklieren mogelijk kunnen verminderen. Daarnaast is in dierstudies aangetoond dat ook gentherapie, stamceltransplantatie en stamcelmobilisatie zouden kunnen resulteren in (gedeeltelijk) herstel van beschadigd speekselklierweefsel. Totdat is aangetoond dat dergelijke therapieën klinisch effectief en algemeen toepasbaar zijn, is men echter nog aangewezen op symptomatische therapie in de vorm van onder andere stimulatie van de nog resterende speekselklierfunctie en/of de toepassing van mondspoelingen en speekselsubstituten.
M3 - Article
SN - 1876-4126
VL - 1
SP - 43
EP - 50
JO - Quality Practice. Nascholingstijdschrift voor mondhygiënisten
JF - Quality Practice. Nascholingstijdschrift voor mondhygiënisten
IS - 1
ER -