Abstract
In deze bijdrage wordt nagegaan welke ruimte het Vreemdelingenrecht biedt voor het intrekken van een verblijfsvergunning met terugwerkende kracht. De focus ligt hierbij op de bestuursrechtelijke aspecten. Geconcludeerd wordt dat de maatregel geen punitieve sanctie is, wat inhoudt dat er geen vooraf gegeven rechtvaardiging bestaat voor leedtoevoeging. Vervolgens wordt onderzocht hoe in de bestuursrechtelijke literatuur wordt gedacht over de rechtvaardiging van terugwerkende kracht waarna de vreemdelingenrechtelijke praktijk tegen het licht van de bevindingen wordt gehouden. Ook wordt de betekenis van het Unierecht voor intrekking van verblijfsvergunningen met terugwerkende kracht onderzocht. Intrekking kan geen terugwerkende kracht hebben tenzij de geadresseerde niet mocht vertrouwen op het in stand blijven van het verblijfsrecht. De rechter dient in alle individuele gevallen hiernaar een concreet onderzoek te verrichten. Zo dient de rechter onder meer een evenredigheidstoets uit te voeren waarbij met name het tijdsverloop moet worden meegewogen.
Translated title of the contribution | What is the room for withdrawing a residence permit with retroactive force? |
---|---|
Original language | Dutch |
Pages (from-to) | 95-109 |
Number of pages | 15 |
Journal | Asiel&Migrantenrecht |
Volume | 2019 |
Issue number | 3 |
Publication status | Published - Mar 2019 |
Keywords
- intrekking terugwerkende kracht verblijfsvergunning